Medicatie tegen ADHD – dit moet je weten
Een aandachttekortstoornis met hyperactiviteit is de Nederlandse omschrijving van het verschijnsel dat we allemaal kennen onder de afkorting ADHD. Deze letters refereren aan de Engelstalige variant van de omschrijving, namelijk Attention Deficit Hyperactivity Disorder. Deze neurobiologisch bepaalde stoornis zorgt ervoor dat iemand afwijkend gedrag vertoont, dat zich het beste laat omschrijven als onoplettendheid, hyperactiviteit en impulsiviteit. Dit gedrag neemt vaak dusdanige vormen aan dat het van invloed is op het dagelijks functioneren van de persoon. Denk hierbij aan zaken als studie of werk, maar ook gewoon in de thuissituatie kan ADHD voor heel wat problemen zorgen.
De cijfers
Soms wordt verondersteld dat tegenwoordig meer mensen ADHD hebben dan vroeger het geval was. Hier zijn echter geen concrete aanwijzingen voor. Experts gaan ervan uit dat wereldwijd ongeveer vijf tot acht procent van de schoolgaande kinderen en jongeren ADHD heeft. Bij volwassenen komt ADHD minder vaak voor, slechts drie tot vier procent van alle volwassenen zou hiermee te maken hebben. Aanvankelijk werd aangenomen dat ADHD alleen onder kinderen voorkomt, maar daar is men in de loop der jaren op teruggekomen. Men ziet dat mensen, bij wie als kind al sprake is geweest van ADHD, op oudere leeftijd te maken krijgen met aandachtstoornissen en organisatieproblemen. Ook komt het regelmatig voor dat volwassenen pas op latere leeftijd ontdekken dat ze al hun hele leven blijken te kampen met ADHD.
Variaties
De stoornis ADHD kent verschillende verschijningsvormen. Wanneer we de vakliteratuur er op naslaan, zien we dat hierin onderscheid wordt gemaakt tussen drie vormen van ADHD. Iemand kan overwegend onoplettend zijn, men spreekt dan veelal van ADD. Een tweede, minder vaak voorkomende variant is de situatie waarbij iemand overwegend impulsief en hyperactief is, zonder dat daarbij tevens sprake is van onoplettendheid. In de derde variant komen deze twee symptomen samen en spreekt men van een gecombineerd beeld. Dit is een veel voorkomende variant. Overigens wordt ADHD in het algemeen twee tot drie keer vaker geconstateerd bij jongens dan bij meisjes. Opvallend is verder dat de stoornis ook vaker voorkomt bij kinderen die te vroeg geboren zijn en bij kinderen en jongeren die te maken hebben gehad met pleegzorg, gedragsproblematiek, angst- of stemmingsstoornissen of epilepsie.
Medicatie
Naarmate we meer weten over ADHD kunnen we ook effectievere medicijnen ontwikkelen. Bij iemand die last heeft van deze stoornis, is de activiteit van de zogenoemde neurotransmitters in onze hersenen minder groot. Deze ‘boodschappers’ zijn bijvoorbeeld dopamine en noradrenaline. Door medicatie in te nemen, kunnen ze alsnog worden gestimuleerd en dat leidt ertoe dat iemand met ADHD zich rustiger gaat voelen en zijn gedachten beter kan ordenen. Dat zorgt ervoor dat de persoon in staat is om meer structuur aan te brengen in zijn leven. Iemand is door de medicatie beter in staat om dingen te plannen, waardoor zaken ook echt gedaan worden en niet meer half afgemaakt blijven liggen. Het impulsieve gedrag van de ADHD’er neemt af. Dat voorkomt vaak ook irritaties bij en ruzies met de mensen rond deze persoon.